De Participatiewet: wat is het eigenlijk?
Zeg je Participatiewet, dan gaan bij veel chronisch zieken de armharen recht overeind staan. Mensen die niet kunnen werken moeten weer aan het werk, het mist in veel gevallen zijn doel en het banenaanbod is ook niet om over naar huis te schrijven. Wat is de Participatiewet nou eigenlijk en is alle kritiek wel terecht? Wij hebben het voor je uitgezocht en getracht om met een open blik naar de Participatiewet te kijken. Lees je mee?
De Participatiewet: wat is het?
Laten we bij het begin beginnen. Wat is de Participatiewet en wanneer is het geïntroduceerd? Sinds 1 januari 2015 valt iedereen die kan werken, maar daar wel ondersteuning bij nodig heeft onder de Participatiewet. Deze wet vervangt daarmee de WWB, WSW en voor een groot deel de Wajong en is in het leven geroepen om zoveel mogelijk mensen aan het werk te helpen. Als doel werd gesteld om 125.000 extra banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te creëren. Werd dit doel niet behaald, dan zou de Quotumwet in werking treden. Simpel gezegd houdt dit in dat elk bedrijf met meer dan 25 werknemers, die niet aan de Participatiewet voldoet, een boete zou krijgen. Helaas is deze sanctie uitgesteld, waardoor de urgentie om aan de Participatiewet te voldoen een stuk minder wordt.
Een van de achterliggende doelen van de Participatiewet is om chronisch zieken uit het sociaal isolement te halen. Je komt onder de mensen en kunt daarbij ook nog je eigen boterham verdienen. Dit klinkt heel mooi, maar mist het niet in veel gevallen zijn uitwerking? De een is te ziek om te werken en krijgt toch de volledige 40 uur toegewezen, de ander doet werk onder zijn of haar niveau.
Voordelen Participatiewet
Het lijkt misschien niet altijd zo, maar er kleven ook een aantal voordelen aan de Participatiewet. Zowel voor de werkgever als de werknemer. Onderstaand een overzicht.
- Werkgevers zijn verplicht om banen te creëren. Zo wordt het makkelijker om aan een baan te komen en tellen ‘we’ weer mee op de arbeidsmarkt.
- Je wordt uit je sociale isolement gehaald (als je er al in zit).
- Je kunt je eigen boterham verdienen, wat veelal voor meer zelfvertrouwen zorgt.
- Werkgevers hebben recht op financiële voordelen als zij iemand met een arbeidsbeperking in dienst nemen. Een voorbeeld hiervan is de loonkostensubsidie.Wij zullen later meer over de financiële voordelen schrijven.
Nadelen Participatiewet
Hoewel de Participatiewet er is om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te helpen, kleven er toch een aantal nadelen aan de wet vast. Wij hebben ze op een rijtje gezet:
- De nieuwe wet brengt een hoop onzekerheid met zich mee. Er vinden herbeoordelingen plaats en veel mensen die te ziek zijn om te werken, moeten weer aan de slag.
- Een van de voordelen van de Participatiewet is dat er banen gecreëerd worden. Dit is tevens ook een nadeel. Veel werkgevers weten niet wat ze iemand met een arbeidsbeperking moeten laten doen en ‘verzinnen’ maar wat. Hierbij wordt niet echt gekeken naar de interesses en het kunnen van de werknemer. Gelukkig zijn er ook heel veel bedrijven die de werknemer wel eerst centraal stellen.
- Werkgevers zien op tegen de extra begeleiding.
- De wet is er doorgedrukt.
Financiële voordelen
De Participatiewet brengt een aantal financiële voordelen met zich mee. De kans dat je meer dan je uitkering gaat verdienen is aanwezig, maar ook werkgevers hebben profijt van deze wet. Wij hebben de belangrijkste financiële voordelen op een rijtje gezet.
Proefplaatsing
Als een werkgever twijfelt of je het werk aankunt, kan er gebruik gemaakt worden van een proefplaatsing. Voorwaarde is wel dat je na een succesvolle proefplaatsing uitzicht hebt op een contract van minimaal 6 maanden. Dit moet schriftelijk vastgelegd worden. Je krijgt door de proefplaatsing de kans om ervaring op te doen en te bewijzen dat je wel degelijk geschikt bent voor je functie. Een werkgever hoeft je tijdens deze periode geen salaris uit te betalen, wel blijft je uitkering behouden. Een nadeel van de proefplaatsing is dat je twee maanden ‘gratis’ werk doet voor de werkgever, het maakt daarom niet zo uit hoeveel werk je doet. Na de proefplaatsing ligt dat anders. We hebben verschillende verhalen gehoord over dat werkgevers na deze proefplaatsing ineens veel meer van je verwachten. Maak daar daarom duidelijke afspraken over.
Loondispensatie
Kun je door je beperking minder werk aan dan je collega’s? Dan kan de werkgever bij het UWV loondispensatie aanvragen. Hij betaalt je dan minder loon, wat aangevuld wordt door het UWV. Voordat dit in werking treedt wordt er onderzocht wat de mate van arbeidsongeschiktheid is en hoeveel werk je aankunt. Naar aanleiding hiervan bepaalt UWV de hoogte van je uitkering. De werkgever kan dit alleen doen als je een Wajong uitkering hebt en hij is verplicht om je te vertellen hoeveel minder loon hij je wil betalen en waarom hij dit wil doen.
No-riskpolis
Ben je opgenomen in het doelgroepenregister? Dan kan de werkgever een no-riskpolis voor je aanvragen. Dit houdt in dat mocht je weer ziek worden, of door je beperking tijdelijk niet kunnen werken, UWV je ziektewet uitkering zal uitbetalen. De werkgever hoeft dit niet te doen.
Het doelgroepenregister
Het doelgroepenregister is een grote landelijke lijst, waar alle mensen instaan die onder de banenafspraak vallen. Dit register wordt beheerd door het UWV en het ministerie van Sociale Zaken kan hierdoor controleren of er genoeg banen voor mensen met een ziekte of handicap zijn gecreëerd. Je komt in het doelgroepenregister te staan als je een Wajong hebt of een Beoordeling arbeidsvermogen hebt aangevraagd. Dit kun je doen met een digitaal formulier, wat je daarna opstuurt naar UWV. Hier kun je je medisch dossier aan toevoegen. Vervolgens word je uitgenodigd voor twee gesprekken, een met een arbeidsdeskundige en een met een verzekeringsarts. Aan de hand van deze gesprekken, je medisch dossier en het lichamelijk onderzoek wordt vastgesteld of je in het doelgroepenregister wordt geplaatst.
Deze gesprekken kunnen heftig zijn, dus het kan heel fijn zijn om iemand mee te nemen. Klap je dicht of weet je even niet wat je moet zeggen? Dan kan diegene je helpen! Daarna begint het wachten op de uitslag, deze krijg je gewoon via de post dus je hoeft niet nog een keer naar het UWV. Ben je het niet eens met de uitspraak? Vergeet dan vooral niet om bezwaar te maken of om extra toelichting te vragen.
Wie staan er in het doelgroepenregister?
• Mensen die onder de Participatiewet vallen en niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen (als na een herbeoordeling blijkt dat je geen arbeidsvermogen hebt, word je uit het register gehaald).
• Mensen met een oude Wajong of mensen met een Wajong uit 2010 die kunnen werken
• Mensen die een WSW-indicatie hebben
• Mensen met een WIW of ID-baan
• Mensen die tussen 10 september 2014 en 1 juli 2015 een WAJONG hebben aangevraagd, maar bij wie dit is afgewezen
• Leerlingen en schoolverlaters van het speciaal onderwijs die na 1 april 2016 een Beoordeling Arbeidsvermogen hebben aangevraagd
Wij hebben getracht om alle beschikbare informatie over de Participatiewet in een een begrijpelijk jasje te gieten. Staan er onjuistheden in of heb je aanvullingen? Laat het dan vooral even weten!
Wat ik me afvraag: ik werk en verdien meer dan het minimumloon, zelfs met mijn parttime baan. Maar ik ben wel beperkt in mijn werk en het wordt steeds lastiger mijn functie aan te passen binnen de regels die mijn werkgever heeft. Ik denk dat zowel mijn werkgever als ik erbij gebaat zijn als er soepeler omgegaan kan worden met die regels, maar hoe krijg je zoiets voor elkaar als je niet in het doelgroepenregister staat?
Hm, lastig! Dat durf ik niet zo goed te zeggen. Misschien dat de gemeente er iets in kan betekenen en er zijn geloof ik ook wat organisaties die je daar advies over kunnen geven. Volgens mij is Stichting MEE er daar een van. Ik ben wel opgenomen in het Doelgroepenregister maar kan niet zeggen dat ik er heel veel profijt van heb. Ik kwam ver onder het minimumloon, maar omdat ik samen met mijn vriend net boven het minimum inkomen zat had ik nergens recht op.
Stichting MEE is inderdaad wel het proberen waard, bedankt voor de tip! Ik zat zelf ineens te bedenken dat ik ook wel eens bij de vakbond kan informeren. Die hebben weer wat meer kennis van mijn werkgebied.