Nu de blaadjes van de bomen vallen is het wel een mooie tijd om het eens te hebben over troost. je hoort en leest in deze maanden immers veel over afscheid, rouw en verdriet. Het hoort erbij. Jezelf kunnen troosten is een nuttige skill is in onze toolbox, of je nu ziek bent of niet.
Troost
Troost. We hebben het allemaal vroeg of laat nodig. Dat kan zijn naar aanleiding van iets groots als het verlies van een geliefde, maar net zo goed omdat je je niet lekker in je vel voelt en een beetje hangerig bent die dag.
Universeel
Deze nood is echt niet uniek aan de mens alleen, zo blijkt. Chimpansees, olifanten, honden, ja zelfs knaagdieren hebben manieren om elkaar te troosten. Uit onderzoek blijkt dat dieren dit niet doen vanuit aangeleerd sociaal gedrag, maar weldegelijk vanuit aangeboren empathie. Het knuffelhormoon oxytocine speelt hierbij een belangrijke rol. Troosten is immers nuttig, ook voor dieren: het vemindert stress en angst. Dit onderzoek op dieren kan misschien ook nuttige dingen opleveren om bepaalde psychiatrische aandoeningen te ondersteunen. Maar dat is voorlopig nog toekomstmuziek.
Ook kunnen dieren en mensen elkaar troosten. Denk maar aan de kat die op het bed van een ernstig zieke komt liggen, of het baasje die troost haalt uit het aaien van zijn hond. En uiteraard troosten ook mensen onderling. We zijn ook diertjes he! Laat die oxytocine maar komen. Sinds de corona-uitbraak weten we allemaal hoe we menselijk fysiek contact kunnen missen. Elkaar eens goed vastpakken, kan een mens kracht geven om weer door te gaan.
Troost jezelf
Maar wat doe je nu als je niemand bij de hand hebt, geen mens, geen dier? Moet je dan zonder troost verdergaan? De nood aan troost blijkt te sterk, dus is een mens vindingrijk en ontwikkelt die al dan niet bewust, manieren om zichzelf te troosten. Denk aan het babytje dat op de duim gaat zuigen, de peuter die zijn/haar “doekje” tegen de wang houdt, de kleuter die aan zijn/haar oor vastpakt uit landerigheid. Geborgenheid, warmte, troost. Het zit in ons ingebakken.
Zelfzorg
Hoe doe jij dat? Ik weet alvast uit eigen ervaring dat een chronisch zieke alleenstaande daar een kei in is. Niet omdat ik heel alleen zielig en verlaten op de wereld ben, maar omdat ik nu eenmaal niet altijd zomaar iemand bij de hand hebt, en snel troost nodig heb. Alleenstaand of niet, het is handig niet altijd afhankelijk te zijn van een ander voor iets wat je dringend nodig hebt. Ja, steun van anderen is zalig, nodig en nuttig en onmisbaar. Maar zelfredzaamheid en zelfzorg zijn dat ook. Het is fijn jezelf te kunnen helpen en omarmen op momenten dat het leven lastig is. Alsof je je eigen dierbare vriendinnetje bent, of je eigen babytje dat gekoesterd moet en mag worden.
Voelen wat je voelt
Het klinkt evident, maar het eerste wat mij helpt is me toestaan te voelen wat ik voel. Volledig. Ben ik totaal gevloerd door de pleziertjes van het ziek zijn en voel ik daardoor een oerverdriet van uitputting, dan mag dat. Er tegenin gaan omdat het “negatief” is en een mens positief moet zijn werkt contraproductief op zulke momenten. Sommige dingen moeten eerst ten volle gevoeld worden voor ze verteerd kunnen worden. En dan heb ik geleerd een soort moeder te zijn voor mezelf.
Moeder
Is het nodig, dan spreek ik me in mijn hoofd kalmerend en sussend toe. Voel ik mezelf panikeren, krijg ik me zo weer rustig. Lieve woorden van bemoediging en troost. Je zou aan troost uiteraard kunnen denken aan jezelf een kop thee maken, een badje laten vollopen of een kersenpitje opwarmen. Maar vaak heb je daar geen kracht voor in tijden van crisis. Dan beeld ik me in dat ik lepeltje-lepeltje lig met mezelf. Je mag me voor gek verklaren, maar ik ben er goed mee. Ik leg in gedachten plaidjes over mijn pijnlijke orgaantjes, laat water lopen waar koelte zou helpen en ga zo maar door. Het troost me om op die manier allerlei zachte dingetjes te doen voor mezelf terwijl ik op een bolletje op de zetel lig. Het leidt me af. En als het brein te moe is om dit te doen door alle pijn, zit het toch ingebakken in mijn systeem. Doorheen de jaren vraagt het geen energie meer om dit te doen.
Samen alleen
Zo voel ik me niet alleen met mijn pijn, en ben ik sterker: er is iemand die er voor me is, precies weet wat ik nodig heb en wat niet, naast me zit en mijn hand vasthoudt. Iemand die me troost. Namelijk: mezelf. Ze zeggen altijd: wat zou je zeggen/doen als het je beste vriendin was die dit aan de hand had? Wel, dat doe ik dus. Het oerverdriet zindert als een raar soort kater na in mijn lichaam, maar het mag er zijn, als combinatie van diepe vermoeidheid, aanvaarding en overgave. Ik besef dat ik het waarschijnlijk niet goed uitleg: er bestaan nu eenmaal emoties waar geen woorden voor gemaakt zijn. En dat is goed zo. Sommige dingen moet je voelen.